|
- PERSONEEL in English - Cambridge Dictionary
Translation of personeel in Dutch–English dictionary personeel noun personnel [noun] the people employed in a firm, factory, shop etc; the staff
- PERSONEEL translation in English | Dutch-English Dictionary | Reverso
Understand the exact meaning of "personeel" and learn how to use it correctly in any context Examples come from millions of authentic texts: movie dialogues, news articles, official documents, and more
- personeel - Wiktionary, the free dictionary
ambulancepersoneel bewakingspersoneel bibliotheekpersoneel cabinepersoneel gevangenispersoneel grondpersoneel hotelpersoneel kantoorpersoneel luchthavenpersoneel
- personeel - English translation – Linguee
Many translated example sentences containing "personeel" – English-Dutch dictionary and search engine for English translations
- Personeel - 12 definities - Encyclo
Er kunnen vier personeelsbegrippen worden onderscheiden: - Feitelijk personeel: werknemers die werken bij een onderneming of instelling; het feitelijk personeel is gelijk aan het juridisch personeel minus het uitgeleend personeel plus het ingeleend personeel
- PERSONEEL - Translation in English - bab. la
Find all translations of personeel in English like staff, personnel, manpower and many others
- Personeel: translate Dutch - English - Interglot Translation Dictionary
Personeel translated between Dutch and English including synonyms, definitions, and related words
- personeel - Engelse vertaling – Linguee woordenboek
Veel vertaalde voorbeeldzinnen bevatten "personeel" – Nederlands-Engels woordenboek en zoekmachine voor een miljard Nederlandse vertalingen
|
|
|